Multiculti

Privé, als burger, ben ik niet van de  ‘politiek’. Ik heb dan ook besloten daar nu en in de toekomst zeker geen blog aan te besteden. Maar toch bij een bepaald onderwerp ontsnapt het me wel eens…

Veel Haagse zinnen beginnen met: “Ik denk”. Terwijl het bij ondernemen gaat om wat je besluit: “Ik doe”. Ik hoorde Van Agt ooit zeggen: “Politiek is al het geen waar logisch denken zich tegen verzet.” Persoonlijk vind ik dat de politiek liever later de rommel wil opruimen dan te vermijden dat er rommel komt. Er is bijna altijd sprake van symboolpolitiek maar we kunnen veel beter de veroorzakers    bestrijden in plaats van de gevolgen. Het poldermodel, waarin iedereen een beetje gelijk moet krijgen, is een alibi voor de politiek om pijnlijke, maar heldere keuzes uit de weg te gaan. Daarnaast is alles wat ik vraag aan politici zich te beperken tot het veranderen van de wereld en niet ook de waarheid.

Fons Jansen, oud cabaretier en schrijver heb ik eens horen zeggen: “Een politicus is iemand die het tegendeel bedoelt van wat hij of zij ten onrechte heeft willen ontkennen en het dan toch maar bevestigt onder voorbehoud.” Wist u overigens dat van alle 12 ministers uit het kabinet Rutte I niemand economie heeft gestudeerd? Dat zou in deze economische crisis toch wel makkelijk geweest zijn, enig economisch-theoretisch kader om de huidige problemen mee te analyseren.

Je kunt er privé van alles van vinden, maar als ondernemer heb je eigenlijk maar één zorg: heeft dat  politiek -geroep, -geschreeuw en besluiteloosheid en het heel en half beslissen over van alles en nog wat invloed op jouw samenleving,  jouw bedrijf, met haar medewerkers?

Wist u dat van alle 12 ministers uit het kabinet Rutte I niemand economie heeft gestudeerd?



Wat voegen discussies over een Polenmeldpunt, waarin Oost Europeanen als zuiplappen en wegmisbruikers worden weg gezet, de kopvoddentax, moslims, handenschud incidenten van Rita Verdonk,  de kut Marokkaan, de moord op Theo van Gogh en noem maar op, toe aan het werken binnen de multiculturele samenleving die bijna ieder bedrijf nu eenmaal is? De medewerkers teams van bijna alle bedrijven die ik ken, zijn samengesteld uit meerdere nationaliteiten. Uiteraard is het grootste gedeelte ’gewoon’ Nederlander maar het andere gedeelte is ’gewoon’ Medelander.

Een ondernemer heeft geleerd om met al deze nationaliteiten samen te leven. Binnen de bedrijven waar ik de baas ben of was, zijn de hoofdregels simpel: we leven in Nederland, werken in Nederland, dus passen ons aan aan Nederlandse gebruiken en gewoontes. De voertaal is uiteraard Nederlands. Mensen die de Nederlandse taal niet voldoende machtig zijn, gaan –verplicht– op taalcursus. Leren ze het niet of zijn ze afwezig tijdens de cursus, dan is het heel simpel wat mij betreft: graag buiten het bedrijf aan de slag. Hebben we vanuit een bepaalde cultuur relatief veel mensen aan het werk, dan treedt er een afvaardiging toe tot ons eigen multiculturele overlegplatform. Hier leren we van elkaar. Hier proberen we samen met elkaar zodanig te communiceren dat je een gemeenschappelijke basis hebt van waaruit je naar oplossingen kunt zoeken. Dit in plaats van te verstarren in posities waaraan je perse vast wilt houden. Hoe zit een cultuur/een geloof/een nationaliteit in elkaar? Waarom doen, denken en handelen mensen specifiek  ‘afwijkend’ vanuit hun geloof of cultuur? En wat heeft dat voor invloed op hun werksituatie en werkhouding? Is dat acceptabel of verwachten we toch aanpassing?

Sommige gebruiken zijn heel goed in te passen. Wat schipperen met bijvoorbeeld werktijden, vrije dagen, ramadan-’starttijden’, vakantiebezoek aan het thuisland, bedrijfskantine assortimenten, is een normale bereidheid tussen mensen die willen samenleven. We doen dat immers binnen onze Nederlandse cultuur ook met carnaval, of de Nijmeegse Vierdaagse, Goede Vrijdag of Sinterklaas. Wij kennen binnen onze bedrijven eigenlijk geen echte multiculturele problemen. Als je aan een tafeltje in het bedrijfsrestaurant gaat zitten, hoor je iedereen (soms nog wel gebrekkig) Nederlands spreken. Dat daar dan toevallig naast een paar Nederlanders, ook Poolse vrouwen, Portugezen en een Turkse collega zitten, is alleen maar interessant en leerzaam. Gespreksonderwerpen genoeg.

Grenzen trekken biedt vrijheid
Tegelijk weet ik dat we redelijk hard en duidelijk zijn voor mensen die zich niet aan willen passen: gewoon ergens anders gaan werken. Dat is een stevige stok achter de deur en juist dat zal een succesvol integratiebeleid in heel Nederland wat moeilijk maken. Je kunt alleen maar tolerant zijn als je ook de macht hebt om de ander iets te verbieden, en dat is nu net dat streepje voor van een bedrijf op de overheid en de politiek. Niet aangepast gedrag wordt niet echt bestraft door een exit-regeling buiten Nederland. Ook scholen hebben moeite met zo’n stevige aanpak en juist daar begint al de start van het aanpassings- en inlevingsgedrag. Juist door grenzen te trekken bied je de samenleving vrijheid…

Een positieve grondhouding om samen te leven en samen te werken geldt overigens niet alleen van Medelander naar Nederlander, maar zeker ook omgekeerd. We moeten stoppen met stigmatiseren. Nederland vergrijst dus hebben we elkaar in de toekomst hard nodig! Het gaat niet om afzonderlijke culturen die als eilandjes naast, of slechter nog tegen, elkaar leven. Het gaat om de gedachte dat mensen met verschillende achtergronden, opvattingen en problemen daar samen iets van moeten zien te maken. Een multiculturele samenleving is geen stand van zaken, is geen optelsom van losse eenheden, maar een opdracht voor iedereen vanuit welke cultuur dan ook. Een opdracht om te leven en samen te leven.

Een multiculturele samenleving is geen stand van zaken, is geen optelsom van losse eenheden, maar een opdracht voor iedereen vanuit welke cultuur dan ook.