Iedereen wil parttime werken en alpaca’s knuffelen
Ik bespeur een trend op LinkedIn waarbij mensen graag laten zien hoe goed hun werk-privébalans is. De nieuwe superhelden zijn dan ook mensen die maximaal 30 uur in de week werken, voldoende verdienen, tijd overhouden voor hun gezin, elke dag een latte macchiato drinken, vier keer per week sporten en er minimaal één hobby op nahouden om creatief op te laden. En als dit allemaal plaatsvindt op een tropische bestemming naar keuze, scoor je bonuspunten.
Ontslag filmen voor TikTok
Niet voor niets neemt het aantal parttimers tussen de 25 en 35 jaar toe. Trending filmpjes op TikTok gaan over mensen die ontslag nemen en dat filmen, de zogenaamde QuitToks. Een andere hype zijn quitting texts, waarbij de baas een boze app stuurt waarna de werknemer direct zijn baan opzegt. Deze screenshots worden gretig gedeeld.
Ik snap het ergens wel. Door het thuiswerken kijkt men nu toch anders aan tegen de corporate sleur. De status quo is niet meer. Mensen eisen meer vrijheid en flexibiliteit. Niemand zit te wachten op nog meer burn-outs en een gezonde werk-privébalans is een essentieel wapen in die strijd.
Maar we kunnen niet met zijn allen 24 uur in de week werken en de andere dagen alpaca’s knuffelen. De samenleving heeft momenteel al een groot tekort aan personeel en op deze manier wordt het alleen maar erger. Daarnaast hebben we mannen en vrouwen nodig die wel 60 uur per week willen werken om voor maatschappelijk vooruitgang te zorgen. Parttime topfuncties in het bedrijfsleven en de overheid bestaan niet. Geen enkele grote innovatie in de wereld is gecreëerd door iemand die op maandag, dinsdag en donderdag tot 16.00 uur bereikbaar was.
“Geen enkele grote innovatie in de wereld is gecreëerd door iemand die op maandag, dinsdag en donderdag tot 16.00 uur bereikbaar was.”
Toppunt van decadentie
Niet dat er iets mis is met parttime werken. Niet iedereen hoeft de wereld te veranderen. Wat ik alleen opvallend vind, is dat het ideaalbeeld verandert. Het nieuwe summum is genoeg verdienen met zo min mogelijk werken. Het is natuurlijk het toppunt van decadentie en welvarendheid dat dit überhaupt mogelijk is. Eén of twee generaties terug was dit financieel absoluut niet denkbaar.
Het is goed dat er steeds meer ruimte is voor mentale gezondheid en dat mensen bewuster nadenken over wat hen nou gelukkig maakt. Ik hoop alleen wel dat er ook ruimte blijft voor mensen die ambitieus zijn. Die graag ergens het verschil maken en veel verantwoordelijkheid op hun schouders durven nemen. Die mensen hebben we nog steeds heel hard nodig.